Voorstel wetswijziging onderwijshuisvesting

Voorstel wetswijziging onderwijshuisvesting

01-06-2023 10:29

OCW bereidt een wetswijziging onderwijshuisvesting voor die moet leiden tot een betere aanpak van bouw, beheer en onderhoud van schoolgebouwen. Het door minister Wiersma voorgelegde plan is een volgende stap in het op orde krijgen van de ‘gebouwenvoorraad’, die uiteindelijk moet leiden tot een gezonde leer- en werkomgeving van leerlingen en onderwijspersoneel.  

PO-Raad en VO-raad geven aan grotendeels positief te zijn: in feite gaat de minister met deze plannen mee in de concretisering van het huisvestingsvoorstel, zoals de raden die opstelden in samenspraak met de VNG. De noodzakelijke extra honderden miljoenen voor huisvesting heeft minister Wiersma niet, maar met deze plannen geeft hij invulling aan de roep om heldere governance.  

De wijziging behelst onder meer een verplicht integraal huisvestingsplan (IHP) van minstens vier jaar, met een ‘doorkijk’ van nog eens twaalf jaar. Een integraal huisvestingsplan geeft een beeld van zaken als het binnenklimaat, de duurzaamheid van een pand en de toegankelijkheid en de geschiktheid voor inclusief onderwijs, en zorgt dat de betaalbaarheid van klein of groot onderhoud goed in kaart gebracht is, zodat verrassingen kunnen worden voorkomen.  

In de schriftelijke reactie die de PO-Raad en de VO-raad samen opstelden, wordt minister Wiersma geadviseerd in de wet vast te leggen dat deze IHP’s standaardwaarden krijgen, zodat ze met elkaar vergelijkbaar zijn: vooruitlopend op landelijke wetgeving hebben sommige gemeentes nu al IHP’s voor schoolorganisaties, maar die verschillen van inhoud. In zo’n landelijk genormeerd IHP zou ook een kwalitatieve ondergrens moeten worden opgenomen, waarin niet alleen de technische staat telt. Geen onredelijk verzoek, aangezien de minister dit voorjaar zelf in een brief aangaf dat een schoolgebouw een prettig binnenklimaat moet hebben en geschikt moet zijn ‘voor modern en inclusief onderwijs’ en ‘circulair gebouwd, modulair, adaptief en energieneutraal’ moet zijn.  

De PO-Raad en de VO-raad stellen verder vast dat de wens om gemeenten verantwoordelijk te maken voor de renovatie van schoolgebouwen is overgenomen in de conceptwet. Omdat de regels voor het binnenklimaat worden aangescherpt, wordt de minister wel geadviseerd daarmee rekening te houden met de bekostiging: groot onderhoud wordt door deze aanvullende eisen al snel een renovatie. Om het belang van dat gezonde binnenklimaat te onderstrepen, wijzen de raden in hun brief op de inverdieneffecten: een goed binnenklimaat leidt tot betere leeropbrengst en minder uitval.  

Dat het bestaande investeringsverbod in huisvesting in het primair onderwijs wordt opgeheven met de gewijzigde wet, kan eveneens op steun rekenen, al wordt hierbij wel de kanttekening geplaatst dat de wet duidelijk moet zijn over de primaire verantwoordelijkheid: die ligt bij gemeenten.  

Omdat de voorwaarden waaronder schoolbesturen mogen investeren in hun gebouwen nog moeten worden vastgelegd in een Algemene Maatregel van Bestuur, verzoeken de raden deze toevoeging af te hebben voordat de wet wordt behandeld in de Tweede Kamer. “Het zaak dat het investeren niet ten koste gaat van de het onderwijs of ingezet wordt om tekorten bij de gemeente op te lossen”.

Het enorme tekort aan middelen om de alle gebouwen in het funderend onderwijs op orde te krijgen wordt in deze brief herhaaldelijk onder de aandacht gebracht. Het is de sectorraden uiteraard bekend dat het huidige kabinet er niet in slaagt de noodzakelijke 730 miljoen euro per jaar te reserveren voor dit probleem, maar waardeert de stappen die minister Wiersma desondanks op het dossier wil zetten.  

Bron: PO-Raad/VO-raad