Voorzichtige kentering trend basisvaardigheden
09-12-2024 7:15De scholen die subsidie kregen om de basisvaardigheden te verbeteren, zijn positief over het effect van hun extra inzet op de basisvaardigheden. Het merendeel van de scholen ervaart sinds de start van de subsidieregeling een merkbare vooruitgang in de prestaties van hun leerlingen bij alle vier de basisvaardigheden. De prestaties bij rekenen-wiskunde zijn relatief het meest verbeterd, zowel in het po als in het vo. Er is echter nog veel werk te verzetten. Dat geldt met name voor de onderbouw van het voortgezet onderwijs. Dit schrijft staatssecretaris Mariëlle Paul bij de voortgangsrapportages van het Masterplan basisvaardigheden en het Nationaal Programma Onderwijs die 4 december 2024 zijn verschenen.
De VO-raad is blij met deze eerste positieve resultaten bij subsidiescholen. Tegelijkertijd is het moeilijk te verteren dat de politiek heeft gekozen voor zowel uitstel van de invoering van de nieuwe kerndoelen die op de plank liggen als van de structurele bekostiging voor basisvaardigheden; aspecten die er bij uitstek aan kunnen bijdragendat alle scholen werk kunnen maken van een structurele versterking van de basisvaardigheden.
Lees de voortgangsrapportage Masterplan Basisvaardigheden
Vooruitgang bij subsidiescholen
Bijna twee jaar geleden is de eerste lichting van 650 scholen van start gegaan met de subsidie Verbetering basisvaardigheden. Op deze – destijds ingelote – scholen is de subsidieperiode inmiddels afgelopen. Deze extra middelen hebben scholen vooral aangewend voor het versterken van de expertise van het eigen personeel en uitbreiding van hun inzet voor taal en rekenen/wiskunde. Ook gebruiken scholen de extra middelen voor nieuwe leermiddelen. 60% van de middelbare scholen is positief over het effect hiervan en ziet vooruitgang bij hun leerlingen op taal en rekenen-wiskunde; voor basisscholen ligt dit percentage met 80% aanzienlijk hoger. Een kwantitatief onderzoek, waarbij scholen met en zonder subsidie met elkaar worden vergeleken, moet uitwijzen of deze extra inzet zich ook daadwerkelijk vertaalt naar betere leerprestaties van leerlingen. Het Centraal Planbureau rondt volgend najaar dit onderzoek af.
Voortgangsrapportage NPO
Ook uit de nieuwe voortgangsrapportage van het Nationaal Programma Onderwijs (gericht op herstel na de coronaperiode) blijkt dat meer dan de helft van de schoolleiders in het funderend onderwijs bij leerlingen een verbetering ervaart, in alle vaardigheden. Het herstel is ook zichtbaar bij het welbevinden van vo-leerlingen. Dat betekent overigens niet dat de zorgen over het welbevinden van leerlingen voorbij zijn.
Lees de voortgangsrapportage NPO
Opmerkelijke verschillen in resultaten onderbouw en bovenbouw
Uit data van de leerlingvolgsystemen blijkt dat de leerprestaties in de onderbouw vo met name op het gebied van taal en mindere mate rekenen/wiskunde onder druk blijven staan en een meerjarige dalende trend laten zien, ongeacht de schoolsoort. De leesvaardigheid en woordenschat van leerlingen in Engels laten daarentegen over de gehele linie nog steeds een stijgende lijn zien.
De dalende prestaties in de onderbouw weerspiegelen zich daarentegen niet in de eindexamencijfers en slagingspercentages in de bovenbouw. In de coronajaren was de gebruikelijke normeringsprocedure voor de centrale examens technisch niet mogelijk. Daarom heeft de Stichting Cito in opdracht van CvTE in 2021, 2022 en 2023 de vaardigheden van examenkandidaten onderzocht. Dit onderzoek is ook in 2024 uitgevoerd en laat zien dat voor vwo, vmbo-kb en -bb de vaardigheden van examenkandidaten verder zijn toegenomen en terug zijn op het niveau van voor corona. Bij havo zijn de vaardigheden eveneens verder toegenomen maar nog niet volledig terug op het niveau van voor corona. Bij vmbo-gl/tl zijn opmerkelijk genoeg de vaardigheden weer onder het niveau van voor corona gezakt. Bezien in clusters van vakken liggen de vaardigheden voor Engels 0,25 punt hoger dan voor corona, en voor de overige moderne vreemde talen 0,4 punt en voor wiskunde 0,2 punt onder het niveau van voor corona. De slagingspercentages zijn weer op vergelijkbaar niveau van vóór corona.
‘Low stake’ en ‘high stake’
De VO-raad pleit voor een nadere analyse van dit aanmerkelijke verschil in resultaten van leerlingen op enerzijds de doorstroomtoets PO en het centraal eindexamen en anderzijds de tussentijdse resultaten van 14/15-jarige leerlingen op taal- en rekenvaardigheidtoetsen. Mogelijk speelt het belang van de toetsen voor leerlingen (‘low stake’ versus ‘high stake’) hierbij ook een rol. Ook de geringe aansluiting van het Referentiekader Taal en Rekenen op de huidige kerndoelen en examenprogramma’s kan mogelijk deze verschillen deels verklaren. In het voorjaar van 2025 zal SLO met een advies komen met scenario’s voor de actualisatie van het Referentiekader Taal en Rekenen. De VO-raad pleit voor een verankering van het referentiekader in het curriculum van het funderend onderwijs waardoor er sprake is van een heldere en eenduidige opdracht voor het onderwijs.
Lees meer over het versterken van taal- en leesonderwijs
Bron: VO-raad