RVU-regeling: Twintig jaar beleid voor vervroegde uittreding

De RVU-regeling (Regeling Vervroegde Uittreding) bestaat inmiddels twintig jaar. Deze regeling ontmoedigt vervroegde uittreding van medewerkers vóór de AOW-gerechtigde leeftijd. De overheid belast zwaar de uitkeringen die werkgevers verstrekken als overbrugging. Daarnaast heft de overheid een extra belasting van 52% op deze uitkeringen, zoals ontslaguitkering, beëindigingsuitkering en transitievergoeding, naast de gewone heffingen. Hierdoor was het jarenlang financieel onaantrekkelijk om medewerkers kort voor hun AOW-datum vervroegd te laten uittreden.

Versoepeling in 2021

In 2021 versoepelde de overheid de RVU tijdelijk in het kader van het Pensioenakkoord. Deze versoepeling geldt voor vijf jaar en biedt werkgevers de mogelijkheid om medewerkers die binnen drie jaar de AOW-gerechtigde leeftijd bereiken, een uitkering te verstrekken zonder de extra belasting van 52%.

Belangrijke regels voor de versoepelde RVU-uitkering

• Werkgevers mogen in 2025 maximaal € 2.273 bruto per maand uitkeren zonder extra heffing. Dit bedrag is gebaseerd op de netto-AOW-uitkering voor alleenstaanden. Hogere bedragen worden extra belast met 52%.
• Werkgevers kunnen de uitkering maandelijks of ineens uitkeren. Het totale bedrag mag niet hoger zijn dan het aantal resterende maanden tot de AOW-leeftijd vermenigvuldigd met € 2.273. Bij een eenmalige uitkering wordt het bedrag progressief belast voor de inkomstenbelasting.
• Vrijwillig ontslag is een voorwaarde voor de regeling. De regeling sluit een combinatie met een WW/WOPO-uitkering uit. Wel kunnen werkgevers de uitkering combineren met het naar voren halen van de pensioendatum (Abp-keuzepensioen).
• Werkgevers dragen volledig de kosten en het risico voor de uitvoering van deze regeling.

Praktische toepassing

Die tijdelijke versoepeling van de RVU-regeling biedt werkgevers dus de mogelijkheid om maatwerk te leveren aan medewerkers die richting hun pensioen gaan. GOC stelt regelmatig vaststellingsovereenkomsten op waarin werkgever en medewerker hun afspraken in het kader van de RVU-vrijstelling vastleggen. Overweegt een werkgever om ook zo’n overeenkomst te sluiten? Let er dan op dat dit vóór 1 januari 2026 gebeurt. Na deze datum kunnen werkgevers nog betalingen doen, maar de RVU-vrijstelling duurt maximaal 36 maanden. Betalingen kunnen dus tot maximaal 1 januari 2028 plaatsvinden.etalingen doen, maar de RVU-vrijstelling duurt maximaal 36 maanden. Betalingen kunnen dus tot maximaal 1 januari 2028 plaatsvinden.

Wilt u meer weten over de RVU neem gerust contact op met één van onze adviseurs.